Visie V&A inzake de externe OKB’s

5 december 2018 - Visie V&A inzake de externe OKB’s

Op 3 december jl heeft de NBA op accountant.nl haar standpunt inzake een specifiek aspect in de Europese regelgeving betreffende Opdrachtgerichte Kwaliteitsbeoordeling gepubliceerd. De kern van het vraagstuk is of de OKB’er (ongeacht of deze intern of extern is ten opzichte van de accountantsorganisatie) moet zijn ingeschreven in het AFM-register als Extern Accountant. V&A heeft deelgenomen aan de ronde tafel bijeenkomst waar de NBA in haar bericht van 3 december jl. naar verwijst. Onze conclusie op basis van (a) diverse gesprekken met de belangrijkste andere externe OKB dienstverleners en cliënten van V&A (afnemers van OKB diensten); (b) de ronde tafel bijeenkomst (met onder meer het Ministerie van Financiën, AFM en SRA);  en (c) op basis van interne beraadslagingen, is dat er geen onderliggend kwaliteitsvraagstuk is over de externe OKB-functie. 

Iedere OKB moet kwalitatief goed zijn, ongeacht of deze door een interne OKB’er of een externe OKB’er wordt uitgevoerd. Het is aan de accountantsorganisatie te beoordelen wat de kwaliteiten en ervaringen zijn van de mensen die zij als OKB’er willen inzetten. Inschrijving als extern accountant in het AFM-register voegt daar niets aan toe.

V&A staat open voor een vorm van kwaliteitstoetsing van OKB’ers, maar ziet dat niet terug in het uitgangspunt dat de OKB’er moet staan ingeschreven als extern accountant in het AFM-register. Er is geen sprake van een inhoudelijke toets door de AFM op betrokken accountants bij een aanmelding voor registratie (anders dan de vaststelling dat de betrokken accountant is ingeschreven in het NBA-register als AA of RA).

V&A is voorstander van aanpassing van het Bta, indien daarmee kwalitatieve eisen worden gesteld aan de OKB’er en waarbij de verplichting van inschrijving in het AFM-register niet vereist is. Ons basisuitgangspunt is dat wij externe OKB’s aanbieden, omdat wij streven naar continue verbetering van de controlekwaliteit. Dat is wat onze cliënten van ons verwachten, die onafhankelijke, frisse blik van buiten, die er ook toe leidt dat de interne Externe Accountants met respect en in goede onderlinge sfeer samenwerken. Dat is wat meerwaarde heeft, en dat is ook beoogd met maatregel 5.3 uit het rapport ‘In het Publiek Belang’ alsmede welke invulling de ‘Werkgroep niet-oob-accountantsorganisaties’ aan deze maatregel geeft in haar rapport ‘In het Publiek Belang: het kan echt beter!’. In dat laatste rapport wordt voorgesteld om externe okb’ers in te schakelen. De discussie moet gaan over inhoudelijke kwaliteit van de OKB, en niet om een formele wet van Meden en Perzen. In tijden van schaarste op de arbeidsmarkt voor Externe Accountants zal een rigide standpunt juist aanleiding kunnen zijn voor extra kwaliteitsdruk op het werk van de OKB’er. Het kan ook mede aanleiding zijn om aan het instrument OKB minder belang te hechten, en dat instrument door andere instrumenten te vervangen. De uitkomsten van de discussie dragen daarmee het risico in zich van het opzetten van allerhande schijnconstructies die niet bijdragen aan het doel dat we voor ogen hebben: kwaliteit.

Voor vragen of opmerkingen kunt u contact opnemen met drs. A.S. (Albert) Bosch RA (albert@vna-aa.nl)

Iedere OKB moet kwalitatief goed zijn, ongeacht of deze door een interne OKB’er of een externe OKB’er wordt uitgevoerd. Het is aan de accountantsorganisatie te beoordelen wat de kwaliteiten en ervaringen zijn van de mensen die zij als OKB’er willen inzetten. Inschrijving als extern accountant in het AFM-register voegt daar niets aan toe.

V&A staat open voor een vorm van kwaliteitstoetsing van OKB’ers, maar ziet dat niet terug in het uitgangspunt dat de OKB’er moet staan ingeschreven als extern accountant in het AFM-register. Er is geen sprake van een inhoudelijke toets door de AFM op betrokken accountants bij een aanmelding voor registratie (anders dan de vaststelling dat de betrokken accountant is ingeschreven in het NBA-register als AA of RA).

V&A is voorstander van aanpassing van het Bta, indien daarmee kwalitatieve eisen worden gesteld aan de OKB’er en waarbij de verplichting van inschrijving in het AFM-register niet vereist is. Ons basisuitgangspunt is dat wij externe OKB’s aanbieden, omdat wij streven naar continue verbetering van de controlekwaliteit. Dat is wat onze cliënten van ons verwachten, die onafhankelijke, frisse blik van buiten, die er ook toe leidt dat de interne Externe Accountants met respect en in goede onderlinge sfeer samenwerken. Dat is wat meerwaarde heeft, en dat is ook beoogd met maatregel 5.3 uit het rapport ‘In het Publiek Belang’ alsmede welke invulling de ‘Werkgroep niet-oob-accountantsorganisaties’ aan deze maatregel geeft in haar rapport ‘In het Publiek Belang: het kan echt beter!’. In dat laatste rapport wordt voorgesteld om externe okb’ers in te schakelen. De discussie moet gaan over inhoudelijke kwaliteit van de OKB, en niet om een formele wet van Meden en Perzen. In tijden van schaarste op de arbeidsmarkt voor Externe Accountants zal een rigide standpunt juist aanleiding kunnen zijn voor extra kwaliteitsdruk op het werk van de OKB’er. Het kan ook mede aanleiding zijn om aan het instrument OKB minder belang te hechten, en dat instrument door andere instrumenten te vervangen. De uitkomsten van de discussie dragen daarmee het risico in zich van het opzetten van allerhande schijnconstructies die niet bijdragen aan het doel dat we voor ogen hebben: kwaliteit.

Voor vragen of opmerkingen kunt u contact opnemen met drs. A.S. (Albert) Bosch RA (albert@vna-aa.nl)